woensdag 15 januari 2014

Wat heb ik geleerd over .....

Wat heb ik geleerd uit de lessen en praktijk rond wereldoriëntatie?

Als inkomede 2de jaarstudent, ben je nog niet zo vaardig in het beheren en verweven van de verschillende bestaansdimensies binnen één les WO. Tijdens de lessen van het tweede jaar, heb ik geleerd dat het heel belangrijk is om verder te kijken dan je neus lang is. Het is heel belangrijk kritisch om te gaan met je eigen visie en eigen voorkeuren. Je moet je afvragen of deze ook gericht zijn op de noden van de leerlingen. Vroeger was is  bang om rond techniek te werken. Ik durfde dit ook niet zo goed omdat ik daar zelf ook nog heel weinig ‘pap’ van gegeten heb. Het is voor mij dan ook de uitdaging geweest om hiermee aan de slag te gaan tijdens mijn stage en de lessen. Tijdens mijn stage moest ik opeens een les techniek geven die ik niet had voorbereid door de inspectie. Bij mezelf dacht ik ‘als dat maar goed komt’. Ik was nogal onzeker op dat gebied, maar eveneens bleek dat ik de les toch tot een goed einde kon brengen door mijn voorkennis te gebruiken. Ook heb ik geleerd dat techniek in de kleinste dingen zit en deze belangrijk zijn om kinderen bij te brengen. Wij staan er vaak niet meer bij stil hoeveel technische vaardigheden we in één dag gebruiken. 

Ook heb ik in deze lessen kennis gemaakt met de TOS 21-matrix. Deze heb ik samen met mijn groep zo goed mogelijk proberen invullen tijdens onze techniekhoek ‘toilet’. Ik vind het wel een ingewikkeld instrument, maar denk dat je daar door het veel te gaan gebruiken wel vaardiger in wordt. Daar wil ik natuurlijk steeds in blijven groeien, want het is een handig middel om af te toetsen of je hoek voldoet aan de criteria.

Toen voor het eerst het begrip ‘EDO’ hoorde, hoorde ik het in Keulen donderen. Ik had er nog nooit van gehoord. Educatieve duurzame ontwikkeling past wel goed binnen mijn levenswijze. Ik heb al heel veel van de wereld gezien, en telkens vraag ik mij af waarom wij ons daar niets van aantrekken. Door zulke ervaringen mee te maken, heb ik voor mezelf grenzen getrokken op het vlak van ‘verspillen’. Dat wil niet zeggen dat ik ook niet eens te lang het water aan laat staan, maar ik probeer daar op te letten. In mijn klas probeer ik kinderen zich daar ook bewust van te worden dat niet alles evident is. Kinderen in onze maatschappij denken daar gewoon niet bij na hoe het komt dat water uit een kraan stroomt. Daarom wil ik mij in mijn derde graadstage op dit EDO aspect verdiepen als ik van mijn mentor hier de toelating voor krijg.

Als volgend punt heb ik ook geleerd dat vele uit onze klas PRO rapporten zijn. Ik ben daar niet echt een voorstander van. Wat ik geleerd heb en wel aanvaardbaar vindt, is wanneer attitude en vaardigheden ook getoetst worden en deze voor evenveel meetellen of zelfs meer dan de cognitieve kennis. Ik vind dat mensen elkaar al te veel aftoetsen op elk aspect in het leven. Wanneer je kinderen toets, moet je daar voorzichtig mee omgaan. Het kan het welbevinden en de betrokkenheid van de leerlingen serieus doen dalen. Kinderen worden hierdoor ook faalangstig. Dit zijn zaken die we als leerkracht moeten vermijden, want deze onderdrukken ons positieve klasklimaat.

Wat ik ook nog heb geleerd, is dat je rond thema’s heel lang kan werken in de klas. Ik vind het persoonlijk leuk zoals de visie van WO zegt, om thematisch te werken. Het is voor kinderen gewoon veel nuttiger en duidelijker wanneer het thema doorgetrokken wordt op alle leerdomeinen. Kinderen ontwikkelen dat een visie op het onderwerp in zijn verschillende uitgangshoeken.

Dingen die ik ook nog meeneem uit de praktijk
-          - Ga altijd met je kinderen op pad en toon hen wat ze leren in realiteit. Kinderen zijn meer verwondert en kunnen de leerstof ook beter koppelen en begrijpen.

-         -  Brainstormen is erg belangrijk. Het bied je na te denken over pistes waar je in je hoofd waarschijnlijk niet bij stilstaat. Ook heb ik geleerd dat het goed is om dat met je collega’s eens te overleggen.