dinsdag 10 december 2013

Zeven toilethoeken in één kleine klas, doortrekken geblazen...


Vandaag was het zo ver ...
Onze techniekhoek over 'het toilet'. Het was erg fijn om iedereen zijn hoek eens te gaan bekijken. Ik heb leuke ideetjes opgedaan die ik later wel bruikbaar vind voor in de klas.

Jelle vond onze hoek erg goed aansluiten bij de TOS 21 Matrix. Wat een opluchting!
Ik vind het namelijk een hééééééééél erg moeilijk schema en hoop er in de loop der jaren wat meer pap van te eten zodat ik het onder de knie krijg. Ik was verrast dat iedereen toch een andere uitwerking van 'het toilet' kon tonen.

Wat ik heel grappig vond was de 'strooppoep'. Ik vond het wel goed gevonden maar vind het persoonlijk wat smossen met eten wat ook weer bijdraagt tot het niet zuinig omgaan met de natuur. Wat ik ook heel erg interessant vond was het 'toiletspel'. Hier leerden kinderen al doende allerlei dingen over het toilet. Doordat het in een spelvorm gegoten was, waren de kinderen onbewust aan het bijleren. Wel denk ik dat het spel te makkelijk was voor de grotere kinderen terwijl hun andere proeven zoals de Hudo, de druk toch wel pittige uitdagingen waren.

Wat ik heb geleerd uit dit werk is dat werken rond techniek me toch beter ligt dat ik eerst dacht. Ik vond het best wel leuk om technische principes te hanteren over dagdagelijkse gebeurtenissen. Wanneer ik zelf naar het toilet ga, bekijk ik mijn toilet nu ook eens van onder tot boven of de informatie overeen komt met het werkelijke gebruik. De matrix vind ik persoonlijk nog steeds heel vaag. Ik begrijp de grote lijnen maar kan het nog moeilijk zelf uitdiepen. Hier volgt de matrix van onze groep.

Technisch systeem begrijpen: Onderdelen toilet, werking toilet, zeep maken (stappenplan)
Technisch systeem hanteren: handen wassen
Technisch systeem duiden: Zeep maken, evolutie van het toilet

Technisch proces begrijpen: Water => spoelbak, werking

Hulpmiddelen begrijpen: vuurtje 'Waarvoor is dat nodig'
Hulpmiddelen hanteren: vuur gebruiken voor zeep te maken.

Keuze begrijpen: kruiden zelf kiezen voor in zeep.







donderdag 5 december 2013

EDO wat?

EDO, de afkorting voor Educatie duurzame ontwikkeling.
Twintig vraagtekens boven mijn hoofd toen dat woord viel. Ik wist eens nog niet dat het bestond.

Wat is het nu juist. Als ik het goed begrepen heb, bestaat EDO uit vier stappen.
1: Nieuwe kennis
2: Systeem denken verhogen.
3: Aandacht waardeontwikkeling + emoties
4: Actiegerichtheid.

Als leerkracht is het je taak om kinderen dingen bij te leren. Dat wordt bedoeld met de nieuwe kennis. Om dit in het kader van EDO te plaatsen kan je zeggen dat de nieuwe kennis met het milieu te maken heeft.
Kinderen leren dat water niet zo maar uit de kranen loopt, er gaat een heel proces aan te pas. Wanneer de leerlingen het proces kennen kan je verder gaan werken aan systeemdenken. Kinderen gaan dat hun kennis koppelen aan verwante zaken. Voorbeeld: Als ik water uit mijn kraan krijg, dan kan ik dat ook drinken. Het water komt dus van een waterzuiveringsstation. Dat waterzuiveringsstation heeft werkgevers en werknemers. Deze zorgen op hun beurt voor het goede verloop. Enzovoort ...
Daardoor ga je kinderen bewust maken dat water er niet in overvloed is en we er zuinig en bewust mee moeten omspringen. Als laatste stap zit je aan de actie. Hoe kan ik nu meewerken aan het milieu?
Ik kan bijvoorbeeld de kraan toedraaien als ik mijn tanden poets, Ik kan de verwarming niet hoger zetten als 20 graden, ....

Ik vind het wel een handig gegeven, maar je moet er mee leren werken. Het is voor mij een nieuwe uitdaging die ik zeker wil uittesten in mijn derde graadstage.

Wat ik al erg goed onder de knie heb is de eigen inbreng en doelen concreet maken. Ik ben een erg creatief persoon en kan dus ook makkelijk dingen verzinnen. Ik hou er van om zoveel mogelijk eigen input in mijn lessen te steken. Dit heeft als reden dat ik het heel belangrijk vind dat je als leerkracht volledig achter je lessen staat en je er goed bij voelt. Sta je er niet achter, dan zal het ook niet lukken en zullen je leerlingen daar de nadelen van ondervinden.

Je bent gebuisd!


Een rapport, het meest onnuttige document der tijden. Ik had er vroeger een hekel aan en dat is er niet beter op geworden. Het toont aan wat je kan, dat wordt gezegd. Maar wat als je net die ene toets er even niet met je gedachten bij was? In rapporten draait alles te veel rond kennis. Ik ben voorstander van een rapport waar ook vaardigheden opstaan. Zo kan je zien waar het misloopt bij het kind op manier van handelen. Vaak ligt dit aan de oorzaak van de problematiek tijdens het leren. Een kind doormaakt vele stappen in zijn leven. Als je als kind geen hoogvlieger bent op school, beleef je vaak minder succeservaringen door de commentaar van leraren en ouders. Fout, fout en nog eens fout. Ik ben ervan overtuigd dat alle kinderen kunnen leren. De ene wat sneller dan de andere. De fout ligt gewoon vaak bij de leerkracht. Leerkrachten moeten kinderen van binnenuit motiveren. Kinderen die laag scoren worden vaak weggetrokken uit de klasgroep om bij te werken. Dat is geen positief gegeven voor leerlingen. Zo worden ze nog eens met de neus op de feiten gedrukt dat ze niet meekunnen of achterstaan met een bepaald vak.








dinsdag 26 november 2013

Koningsdag, daar klinken we op!





Lang leve onze koning!

15 november, de dag van de dynastie. Deze naam gebruiken we niet meer. Het is nu koningsdag! 

We starten de les met een zoekdoos. Waarover zou de les kunnen gaan?
Ruben trekt een kroon, Amélie een foto van koning Filip. 
En ja hoor, we weten het al! We gaan leren over de koning!
De klas versieren we met Belgische vlaggen, kronen en foto's. Zo brengen we het feest in onze klas.
Daarna gaan de leerlingen zelf aan de slag. Onze kinderen werden volgens de kleuren van de vlag in groepjes verdeeld. 
Er was een groep die werkte rond de stamboom van de koninklijke familie. Een andere ontwierp zijn eigen Belgische vlag. De derde groep, speelde koningsbingo, het was dolle, maar leerrijke pret!
Tijdens het maken van de stamboom kregen de leerlingen raadsels die ze moesten oplossen. Aan de hand van die raadsels, konden ze het juiste antwoord vinden. Ze vonden het erg leuk om te doen! 
Knappe werkvormen, juichte mijn mentor me toe! 
Dit omdat ik werk zoals de inspectie het verwacht. Ik laat het leren aan de kinderen over via spelvormen. Ze behandelen de te kennen informatie op een speelse en leuke manier. 
Bij de koningsbingo, was er één koning die kaarten trok. De andere moesten proberen zo snel mogelijk een volle vlaggenkaart te bekomen. Op de kaarten stonden allerlei weetjes en feiten over het koningshuis. Op deze manier leerden de leerlingen omgaan met de begrippen en hun betekenissen. 
In de laatste groep konden de leerlingen hun eigen vlag ontwerpen! Dat was dolle pret!
Hieraan had ik ook een knutsel les verbonden. De leerlingen gingen hun eigen kroon ontwerpen voor de koning die zijn kroon verloren was. Daarna volgde een prachtige modeshow waarbij de leerlingen hun kroon en vlag presenteerden aan de hele klas.
Ik heb in deze les aan deze domeinen binnen W.O gewerkt. 
mens en medemens: Leerlingen leren omgaan met elkaar, leren samenwerken, leren samen iets tot een goed einde te brengen, hebben respect voor elkaar,...
mens en maatschappij: De leerlingen leren over het koningshuis en zijn talrijke begrippen. De leerlingen leren in deze les kennis maken met de koning en zijn familie. Ze leren dat deze aan het hoofd van ons land staan.
mens en tijd: De leerlingen leren wanneer het koningsdag is.


Wat ik hieruit meeneem, is dat leerlingen over dit onderwerp in het algemeen weinig weten. Ik ben ervan overtuigd dat onze samenleving zodanig veranderd is, dat kinderen hier niet meer bij stilstaan. Wat ik voor mezelf ook meeneem is dat wij, als volwassenen sommige dingen te vanzelfsprekend achten!
Daar moet ik soms nog wat beter mee leren omgaan! Ik wil kinderen zodanig veel bijleren, dat ik verwacht dat ze dit allemaal onthouden. Door het gebruik van speelse werkvormen heb ik deze moeilijke theorielessen trachten te vereenvoudigen! Daarom denk ik dat mijn werken rond W.O in positieve zin vooruit is gegaan. W.O- lessen vond ik vroeger nogal eng, terwijl ik nu niets liever doe! Ik heb van mijn mentor dan ook een dikke pluim gekregen, dat ik echt werk zoals de inspectie het verwacht! Laat alles uit het kind komen via leuke werkvormen! 


Wij leren over de feesten in november!


Wat wij leren over de feesten in november?

Op 7 november, maakten we een uitstap naar het kerkhof. Daar leerden we over Allerheiligen, Allerzielen en Wapenstilstand. 
De kinderen werd gevraagd om eens goed rond te kijken wat ze allemaal zagen. Ik verzamelde samen met de leerlingen rond een grafzerk met vele chrysanten. Aan de leerlingen werden allerlei vragen gesteld over het kerkhof. Sommige onder hen zagen zombies, andere zagen blauw licht of een hand uit een graf steken. Wat een verbeelding, hebben die leerlingen toch! Als juf haal je dan ook wel eens een grapje uit met je leerlingen en speel je het verhaal een beetje mee. 
Daarna waren we terug bij de les. Aan de leerlingen werd gevraagd wat ze zagen op een grafzerk. Sommige zagen foto's, andere teksten, weer anderen kwamen terug op de bloemen. De leerlingen werden wel even stil toen ik vertelde over de familiegraven. Ze konden moeilijk verstaan dat daar zoveel mensen samen begraven werden. Ook vroeg ik hoe ze dachten dat zo iemand bij in een graf gelegd werd. Daar sloeg de fantasie weer even op hol, maar het was fijn te horen dat de leerlingen het zo interessant vonden. Uiteindelijk vertelde ik hen hoe het echt gebeurde. 
Als slot gingen we ook nog even naar het herdenkingsbeeld van de overleden soldaten uit de oorlog. Daar kom ik een naald horen vallen. De leerlingen vonden het eng dat er zoveel mensen in de oorlog gestorven waren. Vooraleer we een laatste groet brachten aan de soldaten, las ik hen een verhaal voor over 'De eend, de dood en de tulp'. 
Een betere timing vond het weer niet, om zijn druppels op de aarde te laten storten. Dus brachten we onze laatste groet en legde ieder kind een roosje neer op het beeld. 
Terug aangekomen in de klas, vertelde ik het verhaal nog even verder. De kinderen vond het een geweldige uitstap en hebben er veel uit opgestoken. Dit heb ik gemerkt tijdens de herhalingsles over de feesten. 
Als instap, had ik een quiz gemaakt over het kerkhof. De leerlingen moesten in groepjes de juiste antwoorden proberen vinden. Dit liep aardig goed! Iedereen kon bijna alle vragen oplossen! 
Knap hoor 2B!
Vervolgens had ik spelletjes gemaakt om de leerstof verder in te oefenen. In het hoekenwerk, konden de leerlingen slangenoorlog en novemberkwartet spelen. In de derde hoek, werd er een brief met vragen geschreven naar een Heilige. 
Hieruit volgde heel interessante vragen. Over deze vragen heb ik op een later tijdstip kort met de leerlingen over gefilosofeerd! 

Aan deze domeinen heb ik gewerkt:
mens het het muzische:  De leerlingen verwoorden wat ze van het standbeeld vinden.
mens en zingeving: De leerlingen leren inzien waarom mensen worden herdacht, waarom mensen naar het kerkhof gaan, ....
mens en natuur leren over de kerkhofbloemen, de chrysanten.
mens en medemens Leren respect tonen voor elkaar en de overledenen, kunnen zich aan afspraken houden.
mens en tijd De leerlingen leren over de data van de oorlogen en leren ook over de leeftijden van de gestorven personen.
mens en ruimte De leerlingen komen in contact met een rustplaats, een kerkhof. Het is een specifieke plaats waar mensen begraven liggen, leren de weg naar het kerkhof kennen.

Wat ik hieruit meeneem voor later, is dat het erg belangrijk is om met leerlingen echt op pad te gaan. Daar leren ze echt het meeste uit. Leerlingen worden met hun neus op de feiten gedrukt en onthouden ook veel meer over dingen die ze zelf beleven!




Op stage in het tweede leerjaar! =)



Op stage in het tweede leerjaar.

Sint- Ludgardis Merksem.


En we maken .....
TOAST CHAMPIGNON!






Het zit er weeral op. Met spijt in mijn hart heb ik afscheid genomen van mijn geliefkoosde 24 rakkertjes. Ik heb een fantastische stage achter de rug en zal hen niet snel vergeten!

Op donderdag, kwam de inspectie een kijkje nemen in onze klas. Juf Joyce, startte een les W.O rond techniek op. De leerlingen moesten toast champignon leren maken. Omdat ik deze dag volledig de klas overnam, mocht ik van de inspecteur de les verder afwerken. Ik had deze les totaal niet voorbereid, maar trachtte het toch tot een goed einde te brengen. En met een hoge nek, kan ik zeggen dat het me aardig gelukt is!

Eerst leerde ik de kinderen hoe ze hun handhygiëne moesten verzorgen. Ik overliep de stapjes samen met de kinderen en liet het hen zelf uitproberen. Achteraf werd het proces dat hoort bij de toast nog eens overlopen. Als we dit onder de knie hadden, gingen we aan de slag met de broodrooster. Ik liet de leerlingen zelf toasten roosteren. Natuurlijk kwamen er ook wat verbrande exemplaren uit de rooster. Geen paniek, zei ik al lachend, het gaat enkel een beetje stinken! :) 
Hiermee, wou ik de leerlingen duidelijk maken dat het belangrijk is dat je weet hoe je een toaster moet gebruiken. We leerden over welke stand je moet gebruiken om een toast juist te toasten. Ook leerden de leerlingen over de verschillende knopjes op het toestel. Voorbeelden hiervan zijn: De ontdooiknop, de standen voor te bakken, de tijdsknop, ....

Als we dit onder de knie hadden, gingen we zelf onze champignons en peterselie snijden. Ik overliep met de kinderen wat je wel en niet opat en hoe je zoiets moet snijden. De kinderen waren echte koks, en mochten natuurlijk ook hun eigen paddenstoel snijden en de peterselie knippen in een bekertje. 

Als laatste stap, gingen we ze natuurlijk ook maken. Ik ging met mijn 24 rakkers naar de schoolkeuken, daar kregen 12 kinderen de opdracht om toasten te maken voor hun groep. De andere 12 leerlingen gingen champignons bakken in de pan. Eerst werd er uitleg over het vuur gegeven en vervolgens over de vetstof. De kinderen versierden hun toast en aten deze smakelijk op. Ook de inspecteur kreeg er eentje en vond het héél lekker! ;)


Aan deze doelen heb ik gewerkt:
mens en techniek: snijtechniek, hygiëneregels, koken, smeten boter, toasten brood.
mens en medemens  leren samenwerken, respect tonen
mens en natuur eetbare paddenstoelen, peterselie
mens en tijd Hoe lang moet een toast in de toaster, hoe lang moet je champignons bakken?

Wat ik hieruit meeneem, is dat techniek me eigenlijk toch wel ligt. Ik vind het gewoon moeilijk om met een lagere graad rond dit onderwerp te werken! Ik ben ervan overtuigd dat ik tijdens deze stage, wel positief vooruit ben gegaan qua technisch handelen in de klas. Als mens sta ik hier nu ook veel meer voor open. Dit omdat ik weet dat de wereld rond techniek draait! Volgende stage zal ik me op dit domein nog meer focussen. Ik vind het gewoon eenvoudiger om met dit domein aan de slag te gaan in het vijfde en zesde leerjaar! 

donderdag 17 oktober 2013

Op stap met Kdg naar de zee


Op stap met KDG naar de zee...



Moe, maar voldaan keerden we gisteren terug van zee.
Het was een geweldige ervaring om met meer dan zeventig studenten lerarenopleiding op stap te gaan.

Op maandag bezochten we in toch wel 'schijtweer' de Ijzertoren en een Duits kerkhof. Misschien zat het weer niet mee, maar de sfeer was gelukkig wel aanwezig. In de Ijzertoren werden we rond gegidst door een zeer gepassioneerd man met nogal strenge blikken. Zijn verhaal over de 'ver van je bed show' (met als thema oorlog in andere werelddelen), vond ik nogal kil gebracht, maar het is voor vele onder ons wel een goede manier om er eens echt bij stil te staan. Door mijn reishistorie was ik hier al niet erg meer van onder de indruk! Ik heb de wereld en de erbarmelijke omstandigheden reeds zelf ontmoet!

Toen scheen het zonnetje en stapte we op ons fietsje richting  strand. Op het strand hadden we het 'doet ie het of doet ie het niet' spel! Geweldig om met je eigen klas op zeeklassen te doen! Je moest dus in je groepje met kosteloos materiaal een eigen vlieger ontwerpen. Back to childhood, maar het was echt super om te doen! Als laatste activiteit was er natuurlijk nog de KDG-quiz! Ik en mijn team 'Mosselen natuur', eindigden op de tweede plaats! Het was een super leuke, maar wel erg lang spelletje! Persoonlijk vind ik het wel moeilijk om met zo'n gedifferentieerde groep een quiz uit te voeren! Dit omdat je leiders en volgers hebt! Ik heb me hieraan een beetje geërgerd en liet dit ook wel blijken. Om 23.30u was het zo stil in de kamers dat je er zelfs een speld kon horen vallen! Doe ons dat maar eens na!

Dinsdag, weer een drukke maar leuke dag voor de boeg! De zon scheen, dus iedereen was gelukkig! We trokken met z'n alle met de fiets naar de Molen en de Abdij! Na dertig minuten fietsen en drie platte banden later, kwamen we aan op onze bestemming. In de Abdij mochten we zelf  'archeoloog' spelen. Het was erg leuk dat de gids ons even terug in de rol van kinderen bracht. Wel vond ik de rondleiding nog kaal voor kinderen! Dit omdat je als kind niet zo lang kan luisteren en stilzitten! Ik zou de rondleiding zeker schrappen, omdat ik het belangrijker acht dat leerlingen dingen zelfstandig ontdekken!
Daarna gingen we richting de molen. Dit was voor mij persoonlijk de topactiviteit van de excursie. Ik was zelf nog nooit in zo'n molen geweest. Patrick, de molenaar is een erg grappig man. We mochten binnenin de molen een kijkje gaan nemen waar hij ons dan heel zijn levenswerk toonde! Ook had je een prachtig uitzicht over de kuststreek! Patrick liet een hele positieve indruk op me na. Ik heb erg veel respect voor mensen die zo gepassioneerd met hun job omspringen. Ook vind ik het heel knap dat hij ons toelaat in zijn eigen molen! Dit vraagt lef en vertrouwen. Ik voelde me er direct thuis en vond het heel plezierig!

Na het prachtige uitzicht, gingen we naar de Nachtegaal in de Panne. Dat is een prachtig natuurreservaat dat gesteund word door de overheid! Daar hebben we enkele super leuke educatieve spelletjes leren kennen om in de klas uit te voeren! Het spel dat mij het meest bijgebleven is, 'het Insectenspel'. Dit ga ik zeker en vast ook maken voor in mijn eigen klas! Wat ik hier wel miste was een persoonlijke inbreng van de eerste gids! Hij had nogal een leegte in zich vond ik persoonlijk. Ik voelde zijn passie en volle overgave totaal niet. Hierdoor was ik ook niet erg geïnteresseerd in zijn vage uitleg! Spijtig, want er was wel een mooi bezoek van te maken!

De laatste dag brak aan. Het was woensdag. We vertrokken met onze fietsjes naar de kinderboerderij, visserij of de sluizen. Ik ging mee naar de boerderij! Daar mochten enkelingen zelf eens spinnen met echte schapenwol! Dit was erg leuk om te doen. Ook toonde de gids ons de pakketten die je zelf kan huren als je op zeeklassen gaat en vertelde ze ons over 'de week van de zee'. Dit vind ik echt een prachtig iets. Je gaat zelf met gidsen en je klasje krabben vangen, schelpen bestuderen,...
Ik vond het wel spijtig dat ik dit niet met mijn eigen ogen heb kunnen waarnemen. De andere dingen op de boerderij vond ik nutteloos! Dieren kan je ook vinden in Antwerpen. Ik zou deze opdracht zeker en vast vervangen door een andere! Bijvoorbeeld krabben vangen of iets op het strand! Ik vond het jammer dat het strand niet veel aan bod is gekomen!

Last part, de strandspelen!
Ken en Jonas, hadden de eer ons een spel te laten spelen. Het werd '15 opdrachten in 25 minuten' .Als we de opdrachten allemaal binnen de tijd tot een goed einde brachten, vlogen ze met twee het water in! En ja ja, je raadt het al.... Ken en Jonas lagen in het water!

Kortom, ik heb mijn klas op deze excursie heel goed leren kennen en daar kan ik enkel maar blij om zijn! Het is een topteam met vele verschillen, maar met allemaal eenzelfde gedeelde passie om een gepassioneerde leerkracht te worden.





zondag 6 oktober 2013

Nadenken over techniek? Vernieuwend!





Voor mij is techniek in het algemeen een struikelblok. Eigenlijk zit techniek in de kleinste dingen, denk maar aan handen wassen, koken,....
Tijdens deze les heb ik voor het eerst leren werken met de TOS21-matrix. Dit is een hulpmiddel om technisch geletterd te worden en goede technische lessen aan kinderen te kunnen geven. Het schema bestaat uit dimensies en kerncomponenten. Ik heb ook geleerd dat er bij het domein 'techniek' ervaringsdomeinen bestaan.

Deze domeinen zijn: informatie en communicatie, transport, gezondheid, voeding, energie, constructies.

Tijdens de les moesten we werken rond het onderwerp 'het toilet'. Dit is niet zo evident. Het is een zeer abstract onderwerp, maar als je verder nadenkt kan je er erg veel met bereiken. Allereerst moesten we een brainstorm maken over het onderwerp. Omdat ik uit mezelf al erg creatief ben, is het erg makkelijk om op ideeën en activiteiten,... te komen. Dit is dan ook mijn sterk punt dat ik ingezet heb. Verder leerde ik uit de opdrachten vooral dat je via leuke actieve opdrachten een technische les heel boeiend en ludiek kan maken. Zo zullen wij in onze themahoek gebruik maken van een eigen leidingsysteem dat leerlingen zelf mogen namaken en uittesten. Ook gaan we de leerlingen zelf zeep en geurzakjes laten maken om hieraan de 'handen-wassen-techniek' te koppelen.

Wat ik meeneem voor later is dat je door een brainstorm op pistes komt die je anders niet zult ontdekken. Ook heb ik geleerd hoe ik moet werken met het TOS21- matrixsysteem. Dit is een heel handig controlemiddel om zelf je lessen te kunnen evalueren.

Een vraag die ik mezelf stel is: Zal ik hier ooit competent in worden? Ik vind techniek heel complex. Het is niet dat ik geen handig persoon ben, maar techniek is toch mijn zwakste schakel. Ik probeer om voldoende informatie op te zoeken omtrent deze technische vaardigheden en ze zelf uit te testen. Ik vind het wel leuk om rond techniek te werken, misschien is het gewoon omdat ik te weinig achtergrondkennis heb dat ik hier wat onzeker over ben.

dinsdag 24 september 2013

Mijn gekozen eductatief aanbod voor de lagere school.


Mijn gekozen educatief aanbod is 'Over loop naar de pomp'.

Hoe heb ik dit nu gevonden?


Door op google 'educatief aanbod' in te typen, kreeg ik een hele lijst met interessante en minder interessante activiteiten. Na een tijdje te hebben gezocht vond ik 'Over loop naar de pomp'. Het sprak me meteen aan. Ook omdat het erg goed kadert in de lessen wereldoriëntatie. Omdat ik tijdens mijn SWOT al aangaf dat techniek niet mijn favoriete WO-thema is, heb ik toch gekozen voor een thema met een technisch kantje. Grensverleggend voor mezelf en hopelijk ook voor mijn toekomstige leerlingen. Ook ben ik erg geïnteresseerd in derdewereldlanden. Dit heeft als grote reden dat mijn ouders me sinds kleins af aan in contact hebben laten komen met deze landen. Ik heb er al erg veel met mijn eigen ogen bekeken en ervaren. Het heeft altijd een grote indruk op me nagelaten. Waarom het thema me nog aanspreekt heeft te maken met de actualiteit. Ik vind dat kinderen zich bewust moeten worden hoe we water verkrijgen en dat we er zuinig mee moeten omspringen. Het is voor vele mensen in de derde wereld en ook bij ons een bron om te kunnen overleven. Ook houdt het project zich bezig met een hele andere invalshoek. De leerlingen maken ook kennis met de fauna en de flora in het water en met het water in ons eigen lichaam. Je kan ook met de leerlingen op bezoek gaan bij 'de Fondatie'. Hier kunnen kinderen zelf in een meer fauna en flora in het water gaan vangen en zelf onderzoeken. Ook kan je zelf een waterscan laten uitvoeren over het verbruik van water in je eigen school.

logo kleurHet aanbod is zeer ruim. Je kan er veel kanten mee op. Zo biedt het project workshops en rondleidingen aan in allerlei bedrijven en waterlopen. Ook hebben ze oog voor didactisch materiaal voor leerkrachten en leerlingen in de vorm van werkbladen, spelletjes, ontleenkoffers, cd-roms, lesmappen, beeldmateriaal, dvd's,... De rondleidingen en workshops vind ik ook een positief aspect. Dit omdat leerlingen tijdens workshops zelf leren ervaren. Zo kan je met je klas de workshop 'In de weer voor water' volgen. Dit is een lespakket waarmee je in de klas aan de slag kan gaan rond water in ons lichaam, in onze omgeving en in de wereld. Deze wordt aangevuld door een workshop waarin men de focus legt op water in de wereld.

beantwoordt het aan de visie?

Kinderen leren hier zeker vele basisvaardigheden en basisinzichten. Ze leren zelf zaken onderzoeken en leren conclusies te maken. Ook werken kinderen met hun handen en hun hoofd tegelijkertijd. Multiperspectiviteit is zeker en vast aanwezig, dit omdat je met het thema erg veel verschillende kanten uit kan. Ook biedt het project oog aan alle wegen die je via het thema kan betreden.
Het is zeker en vast een thematisch project, want leerlingen werken en ervaren alles rond het thema water. Leerlingen mogen tijdens deze lessen ook veel zelf doen. Zo kunnen ze spelletjes spelen, werkblaadjes invullen tijdens actief onderzoek,....
Leerlingeninitiatief is niet rechtstreeks aanwezig maar ik zou als leerkracht een keuze maken samen met de kinderen waar ze nu net de focus op willen leggen. Zoals ik reeds zei, sluit het thema erg goed aan bij de werkelijkheid. Waternood/teveel is erg actueel en komt bijna wekelijks in het nieuws. Er worden ook erg veel verschillende werkvormen aangeboden zoals spelletjes, workshops, begeleidingen, zelfstandig werk, groepswerk,.... Of het in de leefwereld van kinderen speelt? Ik denk van wel. Kinderen vragen zich ook vaak af hoe water uit een kraan komt. Hoeveel water er in de wereld is,.... Kinderen zijn hier erg nieuwsgierig naar, maar spijtig genoeg worden thema's zoals deze niet zo snel aangeboden in scholen. Er is zowel een aanbod voor de eerste, tweede als derde graad. Deze over het hele aanbod heen.

Super leuk idee!
Als ik later rond thema's mag werken in mijn klaspraktijk, zal ik zeker niet twijfelen dit project te steunen!


http://loopnaardepomp.be/over-loop-naar-de-pomp-2

maandag 23 september 2013

Mijn eerste SWOT


Mijn eerste blogbericht. Vernieuwend is dit zeker. Ik heb nog nooit in mijn leven een blog geschreven. Maar voor alles is er een eerste keer... Et voilà, mijn SWOT vliegt op het net.

Ik vind het heel erg moeilijk op een WO-achtige manier te reflecteren over mezelf. Maar ik denk dat het me na veel pijniging in de hersenen toch gelukt is.

SWOT

Mijn sterke punten.
- Ik ben enorm creatief.
- Ik heb erg veel inspiratie waardoor ik vlot van het ene op het andere thema kan inspelen.
- Ik ben een doorzetter waardoor ik mijn lessen erg goed voorbereid.
- Heel geduldig met kinderen.

Mijn zwakke punten.
- Ik ben te punctueel waardoor ik alles tot in de details wil uitwerken. Kinderen zijn dynamisch, waardoor ik dan mijn les niet helemaal kan uitvoeren zoals ik me het had voorgesteld.
- veeleisend tegenover andere mensen en mezelf zowel in het schoolleven als privé.

Mijn beperkingen
- Ik ben soms te over enthousiast waardoor ik de negatieve kanten van mijn les niet inzie.
- Ik schenk vaak teveel aandacht aan thema's zoals natuur, omdat ik deze heel erg leuk vind. Thema's zoals techniek zal ik minder snel uit mezelf kiezen.
- Ik geef werk nooit graag uit handen. Ik doe liefst alles graag zelf. Dit heeft soms wel nadelen tijdens groepswerken. Als jong kind had ik hier ook al last mee.

Mijn kansen
- Uiteenlopende thema's kiezen waardoor ik meer en meer in contact kom met het domein techniek en wetenschap. Hierdoor leer ik mijn grenzen verleggen en krijg ik ook een visie op dit deeldomein.
- Tijdens de lessen WO, zou ik graag met de kinderen van mijn klas zelf een thema opbouwen. De kinderen mee laten beslissen. Door deze techniek in te zetten leer ik deels ook een beetje het werk uit handen te geven en samen met de leerlingen tot een goede les te komen die we samen opbouwen.